vrijdag 21 augustus 2009

Kortverhaal: Kot 316 (1)

Gisteren van drie tot twee uur 's nachts bij Liesje gezeten. Niets gedaan. Elf uren tv kijken, bier drinken, praten over wat we zouden kunnen doen en voor ons uit staren. De dag voordien zag ik Ben. Het was zoals verwacht. Later maakte hij me wakker door Rammstein op te zetten. Ik dronk drie tassen koffie. De autorit duurde vijf minuten, en daarna zette hij me af op een onbekende plaats. Ik was niet ongerust, ik had toch geen plannen.

Ik zou nu aan mijn taak voor maatschappijgeschiedenis moeten werken, maar al wat ik doe is bier drinken, roken en tv kijken. Het enige waarover gepraat wordt is wie met wie neukt, waar we goedkoop kunnen eten en welk merk sigaretten we graag roken. Ik droom over mijn vrienden die hun eigen stront opeten, en als ik dan wakker word, rook ik een sigaret en kijk door mijn raam naar de lege bierblikjes die de nacht ervoor achteloos buiten werden gegooid. Ik vraag me af of ik ooit mezelf stront zal zien eten in mijn dromen. Ik hoor Seppe in de keuken kussen en lachen met Shirley. Ik loop de keuken door, stap hen voorbij en steel een sigaret van Shirley uit haar pakje op het fornuis. Ik besluit om naar Amber te gaan, misschien heeft zij nog wat pilletjes in huis, of wat weed. Misschien zit ze bij Dries, met wie ze tegenwoordig neukt. Maar onderweg kom ik Patrick tegen. Ik volg hem naar zijn kot, we zetten Placebo op en liggen op bed. Hij zegt dat hij moet kakken en gaat weg. Ik glimlach, steek een sigaret op en sluit mijn ogen. Ik vraag me af welke dag het vandaag is.
We liggen in stilte naar elkaar te kijken. Patrick heeft de muziek stiller gezet.
'Ja.' Zijn ja klinkt hoopvol.
'Ja.' Mijn ja klinkt kort en verveeld.
'Ja. Hoe zit het nu eigenlijk met jou?'

Ik staar naar mijn vingers die bruin zijn van het roken. Ik vind Patrick best wel een eikel, maar hij vindt me cool, dus ik blijf.
'Ik leef nog,' zeg ik droogjes. Patrick legt zich op zijn buik en neemt wat tabak. Ik hoop dat hij een joint gaat rollen, maar zeg niets.
'Ik heb je gezien op de bus, je zat een schets te maken. Er zat een meisje voor je, Tina geloof ik dat ze heet.' Ik herinner me daar niets van, maar knik. Ik hou nauwlettend zijn vingers in het oog, en zie hoe hij een schaarse hoeveelheid weed over de tabak strooit. Dit wordt niets.
'Heb je drank in huis?' Ik weet het antwoord al. Patrick schudt inderdaad nee, en ik sta op om naar de wc te gaan. In de badkamer steel ik zijn shampoo, en roep dat ik weg moet. Hij roept iets terug, maar ik ben al weg.
Op weg naar de bibliotheek zie ik een paar betogers staan. Het zijn geneeskundestudenten die slogans scanderen als: 'meer Vlaams in het ziekenbed', en 'nous parlons pas français'. Ik krijg een flyer in mijn hand gestopt, en wandel de bib in. Ik ben vergeten welk boek ik nodig heb, en kuier wat rond tussen de eindeloze rekken met boeken. Ik neem een boek over Pinter en ga naar het seminarielokaal. Er zitten drie studiegenoten van me aan een taak te werken. Ik vraag me af voor welk vak. Ze zien me, en een meisje (ik geloof dat ze Leen heet, ze is dik en draagt veel pastelkleuren) fluistert iets in de ander haar oor. Ik lees twee hoofdstukken en ga terug weg. Ik denk eraan om Ben te bellen, maar ik heb geen belwaarde. De zon schijnt en er liggen mensen in het gras. Ik loop voorbij, en mijn gsm gaat af. Het is Ben. Ik neem niet op.

Het is een koude dag. Ik zit met mijn kleren aan in een leeg bad met een kop oploskoffie. Amber zit in de keuken. Ze zit te roken en door een Flair te bladeren. Ze vraagt zich waarschijnlijk af waarom ik zo lang in de badkamer zit. Ik kwam vanochtend van bij Ben, en heb sindsdien nog geen woord gezegd. Ik hoor Amber met Dries bellen. Ze klinkt kwaad. Waarschijnlijk is ze te weten gekomen dat Dries ook Yoeri neukt. Een publiek geheim waar enkel Amber niets van af wist. Ik heb een sigaret nodig. Ik stap uit bad, wandel de keuken in, negeer wenende Amber en steel één van haar Marlboro's. Goede Amber heeft altijd Marlboro's. Ik zet me op de stoel tegenover haar.
'Wist jij het,' vraagt ze, alsof ze niet weet dat ik het wist.
'Nee,' lieg ik.
'Die eikel neukt Yoeri gewoon. Yoeri! Die is met Valérie.'
'Is Yoeri met Valérie?'
'Ja, sinds het feestje van Patrick.'
'Ah zo.'

Ik voel me ongemakkelijk omdat ik al deze mensen ook al geneukt heb, dus ik ga een pizza kopen. Ik vraag aan Amber of ze ook een pizza wil. Zij wil een pollo, dus ik neem een spéciale, dan kunnen we delen. Straks als mijn moeder belt zal ik zeggen dat ik geld voor cursussen nodig heb, dan kan ik overmorgen terug weed kopen. Ik vraag me af wat Ben nu aan het doen is. Misschien is hij wel bij zijn ex. In de Colruyt kom ik Liesje tegen. Zij heeft tabak en bier nodig, en voelt zich rot omdat ze Patricia's portomonnee heeft gepikt op het feestje van Patrick. Ik vraag me af waar ik was die avond, want ik weet helemaal niets van een feestje. Ik koop twee pizza's, wat Jupilers en een fles wodka en wandel naar de kassa. Liesje volgt me alsof ze is vergeten waar ze is. Ze kijkt me aan als we aan de kassa staan, wil me iets vragen, maar zegt niets. Bijna aan de campus vraagt ze: 'gaan we dit weekend naar de zee?'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten